VERANTWOORDE PALMOLIE is “greenwashing”
Er is één ding waar fabrikanten wel op letten: hun verkoop. Meer geïnformeerd en maatschappelijk betrokken, zeggen 7 van de 10 Fransen vandaag de dag dat ze er alles aan doen om het gebruik van palmolie te vermijden. Om deze bewustwording aan te vullen, met steun van NGO’s zoals het WWF, heeft de industrie in 2004 de RSPO, de Roundtable on Sustainable Palm Oil, in het leven geroepen. Hun doel? Het imago van palmolie herstellen. Hoe? Door het definiëren van een code voor goede praktijken voor meer ethische productie en een bijbehorend label, CSPO, Certified Sustainable Palm Oil. Klinkt veelbelovend… In theorie.
Maar in werkelijkheid garandeert dit label niets. Verschillende categorieën van certificering geven fabrikanten het recht om een mooi Green Palm logo op hun producten te plakken. Het is mogelijk om de hele good-practice code toe te passen op één onderdeel van de productie, zonder rekening te houden met wat er elders gebeurt. En welke risico’s lopen bedrijven met een label als ze zich niet aan deze criteria houden? Een waarschuwing. In het slechtste geval een tijdelijke uitsluiting van de categorie. Het Green Palm logo kan zelfs gekocht worden! In ruil voor een financiële bijdrage heeft het bedrijf het recht om het CSPO-logo te bevestigen op hun producten die 0% verantwoorde palmolie bevatten. Plotseling lijkt het mooie groene logo niet meer zo schattig.
Hoe dan ook, zelfs als het 100% wordt gerespecteerd, is de inhoud van de code onvoldoende. Het verbiedt noch vervuilende neurotoxische pesticiden, noch de rampzalige techniek van het verbranden van bossen. En als het zichzelf tot kampioen van de strijd tegen de ontbossing verklaart, beschermt het alleen de primaire bossen van vandaag. Secundaire bossen, die na de ontginning weer zijn gegroeid, zijn nog steeds rijp voor vernietiging. Juist. Palmbossen die voor 2005 een oerbos in brand steken, worden tot ethisch verantwoord verklaard en een gecertificeerd bedrijf kan dagelijks hectaren secundair bos in brand steken. In sommige gebieden is nauwelijks 15% van de bossen beschermd. Het toppunt van hypocrisie: om de ontbossing terug te dringen, eisen sommige bedrijven de landbouwgrond op van lokale gemeenschappen die de lokale hulpbronnen moeten gebruiken om zich te voeden.
Kortom, het label ‘verantwoorde palmolie’ verandert niets. Ontbossing en branden gaan door, zelfs in beschermde bossen, er zijn voortdurend conflicten tussen industrieën en de lokale gemeenschappen, die onteigend en vergiftigd worden door hun eigen land. Verantwoorde palmolie is een oplichterij voor de consument, een loze boodschap.