Spatten, spoelen, herhalen… Maar tegen welke prijs?
Denk aan je laatste douche. Je hebt waarschijnlijk een geparfumeerde vloeistof uit een plastic fles geknepen, er een mooi schuim van gemaakt en het zonder nadenken weggespoeld. Achter die aangename routine gaat een dubbel probleem schuil:
-
Vloeibare shampoos bestaan voor 80-90%uit water.
-
Er is nog meer water nodig om ze af te spoelen omdat het sop zich graag vastklampt.
Het resultaat? Je betaalt twee keer voor water: een keer aan de kassa en dan nog een keer op je energierekening. En dat is nog maar het begin van de verborgen watervoetafdruk van shampoo.
Een korte geschiedenis van shampoo in twee bedrijven
Akte I: De vaste dagen
Lang voordat supermarkten hun gangpaden uitpakten met glanzende flessen, reinigden mensen hun haar met staafjes, vlokken of eenvoudige poeders. Ze waren compact, reisvriendelijk en hadden geen conserveringsmiddelen nodig omdat bacteriƫn niet kunnen groeien zonder water.
Akte II: De vloeibare boom
Halverwege de 20e eeuw ontdekten grote schoonheidsmerken een lucratieve truc: voeg water toe, giet het mengsel in opvallend plastic en verkoop een “groter” product. Water maakte de fles groter, plastic hield hem lekvrij en de marketing hamerde op het idee dat vloeibaar “modern en luxueus” betekende. Toen consumenten eenmaal overstapten op vloeibare producten, keken ze zelden meer om, tot nu.